maandag 3 oktober 2011

Toepassingskaarten 1,2 en 3

Toepassingskaart 1
Uit het vorig college heb ik het maken en gebruiken van een mindmap al toegepast op stage en ook zelf tijdens het leren.
Op stage gaf ik een les over waar dieren allemaal kunnen wonen aan kleuters. Om overzichtelijk te kunnen categoriseren met de kinderen heb ik gebruik gemaakt van een programma op de computer waarbij je heel mooi en handig een mindmap kan maken. Bij dit programma kon en heb ik veel gebruik gemaakt van kleuren en plaatjes. Ik schreef het woord (van bv. het dier) bij een tak en door heel simpel de Engelse vertaling in te typen in het programma kon je zo een plaatje bij het woord slepen. Erg overzichtelijk voor de kinderen en zo vonden het nog leuk ook.

 
 Ik loop op een ´natuurlijk leren school´ stage en ik heb gemerkt dat ze daar best vaak gebruik maken van een mindmap. Zo ook het voorbeeld hiernaast uit de schoolgids.






Zelf heb ik ook een mindmap gebruikt bij het leren, bijvoorbeeld tijdens het leren van mijn auto-theorie en het leren van de reader Hersenen in actie.

Ik vind het gebruik van mindmap erg fijn. Het leert voor mij beter wanneer ik gelijk met theoretisch aan de gang kan en door middel van een mindmap kan dit nog op een creatieve manier ook. Door het gebruik van veel kleurtjes en symbolen wordt ik meer gestimuleerd en onthoud ik het denk ik ook beter. Ook over het boek ´leer als een speer´,wat ik inmiddels uit heb gelezen, ben ik ook erg positief. Het leest erg makkelijk weg, veel gebruik van mindmaps en je krijgt veel concrete en handige tips waarmee je direct aan de slag kan. Ik zou dit boek zeker aan iedereen,die weleens een boek leest, aanraden! Zo is ook mijn moeder er meteen mee aan de lag gegaan toen ik hem uit had.
Toepassingskaart 2
Na de eerste bijeenkomst ben ik gaan nadenken over mijn leerdoelen voor periode 1. Daar is uit gekomen dat in aan het eind van de eerste periode inzicht hoop te hebben in:
~ hoe je beide hersenhelften kan stimuleren tijdens een les en een les hersenvriendelijker kan maken.
~ hoe je tijdens een les aan verschillende leerstijlen van kinderen aan kan sluiten.
~ wat de zone van naaste ontwikkeling inhoudt en hoe je er rekening mee kan houden als leerkracht.
~ wat het ´natuurlijk leren´ op mijn stageschool inhoudt en wat de voor en nadelen van deze onderwijs methode zijn.
~ hoe ik mijn eigen leerprestaties kan verbeteren, d.m.v. de geleerde stof over de werking van de hersenen.


Toepassingskaart 3

Hersenvriendelijke les
Workshop ´waar wonen de dieren?`
Datum: 19 september 2011
Wordt gegeven door: Annemarie
Klas: onderbouw Jan Jappie
Aantal leerlingen: min.15 – max.30
Benodigheden:
Jip&Janneke verhaaltje, dierenpoppetjes en doek, smartbord (om een mindmap te maken), plaatjes van plekken van dieren en dieren zelf, werkbladen en kleurpotloden, leuke afsluiting.

voorbereiding leerkracht:
zoek van tevoren een leuke intro over dieren (ditmaal een Jip&Janneke verhaaltje), eventueel zijn poppetjes van dieren leuk als intro, zoek plaatjes van de dierenwoningen en dieren (om te gebruiken in de mindmap), zorg voor een kleurplaat/zoekplaat met veel verschillende soorten dieren en een werkblad waar de kinderen zelf een dier op de juiste plek kunnen tekenen.

Lesduur: 35- 50 min.

Lesopbouw/inhoud:
Introà kort verhaaltje (Jip&Janneke) & gebruik dierenfiguren (in klas aanwezig) onder een doek, laat aantal kinderen er 1 onder vandaan pakken, daarna in 3/4tallen kort bespreken wat voor dier en waar het dier woont à 10-15 min.
Kern à met de kinderen uitkomsten bespreken en er een mindmap van maken (eventueel met aanvulling op de kinderen) à 10 min.
kleurplaat uit de les
Verwerking à teken een dier op de juiste plek in dezelfde groepjes & kleurplaat maken. Daarna kort werkblad doorspreken. à 10-15 min.
Afsluiting à evalueren met de kinderen (zelf nadenken wat ze hebben geleerd, wat was moeilijk/makkelijk en leuk/niet zo leuk?) en positieve afsluiting met kort filmpje à 5-10 min.

Doelgroep: groep 1 en 2

Lesdoel:
de kinderen hebben na de les een idee over waar welke dieren wonen. Ook wordt er geoefend met het benoemen van verschillende dieren.

Doel voor mezelf:
Alle kinderen proberen te betrekken in de les.
En alle dingen die ik al geleerd heb met betrekking tot hersenen in actie, proberen toe te passen, zoals mindmap maken en zoveel mogelijk zintuigen aanspreken.

Ontwikkelpunten:
Tijdens de les wordt er gewerkt aan taal (woordenschat) en wereldoriëntatie.

Aansluiting themadoelen:
Hoe draagt deze activiteit bij aan het behalen van onze themadoelen?
Deze activiteit draagt bij aan het thema ´wonen´, omdat de kinderen leren dat ook dieren op verschillende plaatsen kunnen wonen.

Verwerking aspecten hersenen in actie:

schema Leren van Sousa


-          ik probeer veel zintuigen aan te spreken (door luisteren/kijken verhaal/uitleg, voelen onder doek dieren), daardoor nemen de zintuigen veel prikkels waar en gaat de informatie door naar het korte termijngeheugen.
-          Ik maak met de kinderen samen een mindmap, zodat de nieuwe informatie wordt verbonden met de ‘oude’ informatie (die al aanwezig is bij de kinderen/voorkennis) en de onderlinge relaties zichtbaar worden. Daardoor wordt de informatie beter opgeslagen bij de kinderen, omdat het goed aansluit bij de voorkennis en verbanden in de hersenen worden gelegd.
-          Daarna moeten de kinderen zelf aan de slag met de informatie, door middel van in een groepje te overleggen/tekeningen te maken welke dieren in welke leefomgeving leven, waardoor de informatie verwerkt wordt en de informatie van het korte termijngeheugen doorgaat naar het werkgeheugen.
-          Ik hoop dat de informatie van het werkgeheugen door gaat naar het lange termijngeheugen, doordat ik de onderlinge verbanden zichtbaar heb gemaakt, de kinderen gemotiveerd zijn om te leren door een spannende en uitdagende leefomgeving, ze veel overleggen en zelf met de verwerking aan de slag zijn gegaan.
-          Ik sluit af door middel van met de kinderen te evalueren, waarbij ze allen voor zichzelf na moeten denken wat ze geleerd hebben (een aantal kinderen laat ik dan antwoord geven), ook dat stimuleert het opslaan in het lange termijn geheugen. Ook maakte ik gebruik van de vragen wat was moeilijk/makkelijk en leuk/niet zo leuk?
-          Als allerlaatste sloot ik af met een grappig filmpje over dieren, waardoor de les leuk eindigde en er een fijn en veilig klimaat heerste in de klas. Ook wordt informatie beter opgeslapen en kun je het ook snel terughalen als het afgesloten is met een positieve emotie.

Voorbeelden leuke afsluiting:



Geen opmerkingen:

Een reactie posten